Engeland — hist inl 1 Voor 1066 —

Engeland - hist. inl. 1 Voor 1066 - Verschillende angelsaksische koninkrijken - 9 e eeuw goed georganiseerde monarchie (Alfred de Grote) - recht op schrift gesteld in koninklijke wettencompilaties n Normandische bezetting - Slag bij Hastings 1066; overwinning door Willem v. Normandië - Alle land komt aan de koning, in leen verdeeld onder de normandische gezellen (invoering feodaliteit; maar steeds rechtstreeks onder de kroon) n Ontstaan van het common law - institutioneel - curia regis als uitzonderingsrechtbank voor pleas of the crown, royal revenu claims, misdrijven jegens de kroon - Henry II 1154: uitbreiding bevoegdheid (the king’s peace); vaste plaats (Westminster); vaste organisatie met rechter (law lords) en jury - Opgesplitst in 3 rechtbanken (K. B. , Exchequer, Common pleas) n

Engeland - hist. inl. 2 Vroege common law - tegenstelling common law (uitzondering) - local law - inhoudelijk getekend door ontstaan als extensieve interpretatie van uitzonderingsrecht (vgl. EU nu) - Invloed romeins recht: tot 13 e eeuw ten dele; maar nauwelijks invloed van de commentatoren / mos italicus (géén consilia) - Wel methodologische gelijkenis met klassiek romeins recht (formulierenproces): rechter/jury, from case to case; forms of action - 12 e eeuw: standaardisering writs; 1258 numerus clausus van writs (Provisions of Oxford); ontwikkeling van writs on the case - Vanaf 13 e eeuw records; gebundeld in Year books n Constitutionele documenten - i. h. b. Magna Charta 1215. Onder meer writ of habeas corpus n

Engeland - hist. inl. 3 Common law en equity - petitions aan de koning - vanaf 15 e eeuw buiten de curia door een procedure voor de Chancellor - vanaf 16 e eeuw stilaan een vast stel regels; Chancellor een jurist - beslissingen lieten formeel common law intact, indirect gecorrigeerd - strijd tot begin 17 e eeuw eindigt met compromis (1615): chancery court blijft bestaan, maar bevoegdheid gefixeerd - Tegen common law court én chancery court laatste beroep bij het parlement (House of lords, waarbinnen judicial committee) n Equitable rights & remedies - vb. trust: trustee eigenaar « at (common) law » , benficiary beschermd under equity n Sir Edward Coke (1552 -1634) systematiseerde common law vlg. romeinsrechtelijke instituten. Common law rights & liberties als « the English constitution » . Opponent van de macht van koning/heerser. n

Engeland - Pol. gesch. 1505 -1707 n n n n Onder Henry VIII: anglicaans schisma 1531: church of England 1552 meer protestants geworden Constitutionalisten (Hooker, Coke) tegen monarchisten (Charles I, Hobbes) Coke: scheiding rechtsvormers (rechters & parlement) / uitvoerende macht (koning); common law is supreme law of the land 1628 petition of rights; later Civil War; terechtstelling Charles I 1649 Puritan Revolution: Cromwell schakelt na koning ook parlement uit 1660 Restoration; Act of Uniformity (established church); wel parlementair regime 1689 Glorious revolution: Toleration Act t. a. v. protestantse dissenters; English Bill of Rights 1689; definitief parlementair (supremacy of parliament) 1707 Treaty of Union of the two kingdoms (met behoud Schots recht …) 1801 Unie met Ierland

Engeland - common law in 18 e E. n n - Rechtsbronnen & rechtsmachten statutes (Acts of parliament) blijven beperkt; wel enkele vernieuwingen bij wet lokale rechtbanken: beperkte bevoegdheden; geen rechtsvorming (anglicaanse) kerkelijke rechtbanken (familierecht) Law merchant opgenomen in common law (Lord Mansfield) Blackstone, commentaries … : systematiseert common law (book of authority) Common law als English constitution jurisdictioneel karakter: recht bestaat uit remedies door rechtbanken common law als supreme law in de zin van gemeen recht op jury sterke liberties verregaande rechten volgen uit eigendom (house of an Englishman as his castle) contractenrecht: in beginsel geen specific performance

Engeland - 19 e eeuw Constitutionele ontwikkelingen Roman catholic emancipation 1829 Parliamentary Reform Acts vanaf 1832 (uitbreiding stemrecht) Sociale hervormingen late 19 e eeuw n Géén algemene codificatie (reeds eengemaakt; minder wantrouwen in rechtbanken; ancien régime al eerder sterk gemoderniseerd) - wel deelcodificaties (real property, bankruptcy, companies act, SGA) n Hervorming gerecht 1832 / 1860: « open » writ of summons; onderscheiden writs afgeschaft lokale rechtbanken afgeschaft; invoering County courts als ondergeschikt aan Westminster courts 1846 jury beperkt 1854 Matrimonial causes Act 1857 Judicature Acts 1873 -1875: fusie common law courts & chancery courts; éénmaking procedure; veralgemening appeal 1879/1887 hervorming strafprocesrecht n

Engeland - 20 e eeuw n n - Staatkundige ontwikkelingen 1922 Irish Free State krijgt wetgevende autonomie (als republiek door VK pas erkend in 1949) 1931 autonomie voor de andere « dominions » (Statute of Westminster) 1973 European communities Act (voorrang gemeenschapsrecht) Devolution: Scotland Act 1998, Wales Act 1998, Northern Ireland Constitutionele ontwikkelingen Crown proceedings Act 1947 1998 Human Rights Act Hervorming wetgeving: sedert 1965 Law Commission Hervorming gerecht Tribunals voor nieuwe materies (administratief recht, sociale zekerheid) 1971 assisen omgevormd tot Crown Courts Civil procedure Rules 1998 Constitutional Reform Act 2005; JC House of Lords wordt Supreme Court UK

Engeland - Pol. Inst. 1 n n - Geen begrip « staat » . Overheden in beginsel onderworpen aan common law, behoudens specifieke wetten. Wetgevende macht: king in parliament Parliament met 2 kamers: house of commons; house of Lords royal assent Executive: Crown Privy Council Ministry: Prime Minister; Cabinet; overige Rule of law i. p. v. volledige scheiding der machten geen autonoom publiekrecht; common law geldt behoudens specifieke regels

Engeland - Pol. Inst. 2 n n n - Devolutie Schotland: parlement met residuaire wetgevende bevoegdheid; schotse regering Wales: regionaal bestuur met enkel verordenende bevoegdheid Noord-Ierland Buiten het VK: Man, Channel Islands Lokale besturen: geen algemeen autonomie, enkel specifieke bevoegdheden Constitution: begrip « constitution » : voor iederen geldende regels waaraan ook de overheid is onderworpen; dus vooral de rechtsbescherming van de burger Liberties grotendeels « written » , instellingen grotendeels « unwritten » (conventions) Unentrenched constitution: supremacy of parliament

Engeland - Gerecht n n Onderscheid High Courts - Inferior Courts High courts in beginsel algemeen bevoegd; behandelen slechts klein aantal geschillen High Courts hebben ook rechtsvormende opdracht (en dus binding force of precedent); inferior courts louter geschillenbeslechting High Courts 1: Senior Courts High Court of Justice Court of Appeal Crown Courts (Assisen) Inferior Courts: County Courts Magistrates Courts Administrative Tribunals, e. d. m. High Courts 2: Judicial Committee H. L. / P. C.

Engeland - Gerecht 2 n n n Rechtsgang in burgerlijke zaken Eerste aanleg: eiser heeft in grote mate keuze tussen County Court en High Court Inleiding procedure door statement of claim (vroeger writ of summons) In de High Court; pre-trial-procedure begeleid door een Master. Meeste geschillen beëindigd zonder trial. Hoger beroep bij de eerstvolgende hogere rechter. Rechtsgang in strafzaken Strafvordering kan door elke burger worden ingesteld Strafonderzoek door politie (géén parket); weinig prerogatieven Eens ingesteld, wordt strafvordering overgenomen door CPS die een advocaat inschakelt Alle zaken worden ingeleid voor Magistrates Court (committal) Zware misdrijven bij betwisting door Magistrates Court doorverwezen naar Crown Court (indictment) Crown Court zetelt met jury van 12 Beroep mogelijk voor rechtsvragen Hoogste aanleg: Judicial Committee House of Lords (beperkte toegang)

Engeland - Gerecht 3 Invloed van het jurysysteem - Procedure in 2 fazen: pre-trial / trial - Pre-trial omvat bewijsprocedure, instaatstelling, … o. l. v. Master - Trial: geconcentreerde mondelinge behandeling n Adversarial system - partijen hebben leiding van pre-trial - sterk adversarial - hervorming 1998: in plaats van partij-experten veelal joint experts. n Procedureregls traditioneel door rechtbanken opgesteld n n - Juridische beroepen: minder carrièremagistratuur onderscheid barristers / solicitors

Engeland - Rechtsbronnen 1 Tradition embodied in precedents (common law s. l. ) n n n n Remedies precede rights (uitdrukking « legal system » = gerecht) Inductief redeneren, from case to case, « metaforisch » Stare decisis enkel in common law s. l. binding aan precedenten van hogere rechters en van zelfde niveau (in theorie uitz. Practice Statement 1966 House of Lords) geen binding aan beslissingen inferior courts geen binding aan beslissingen tribunals (geen common law) Onderscheid ratio decidendi / obiter dicta (achteraf gemaakt) Distinguishing on the facts Individual Opinions (majority, concurring, dissenting) Persoonlijke stijl

Engeland - Rechtsbronnen 2 Books of authority: Coke, Blackstone Statute law (wetgeving) n Normenhiërarchie - Vormen van wetgeving: Acts of parliament, subordinate legislation - Geen hiërarchisch hogere grondwet Geen voorrang internationaal recht (dualisme) Wel bijzondere positie European Community Law; Human Rights Act n Plaats van de wet tegenover common law Supremacy & sovereignty of parliament Statute law is uitzonderingsrecht: addenda & corrigenda of the common law Geen blanconormen; rechters hebben wel inherent een bevoegdheid om het recht te ontwikkelen (daarvoor geen blanconorm nodig) maar dan wel from case to case (inductief, niet deductief). n Uitlegging van statute law litteral rule mischief rule golden rule

Engeland - Inhoud (priv)recht Structurele kenmerken n n Ontstaan vanuit remedies die from case to case verder werden uitgebouwd (zie geschiedenis) Geen autonoom publiekrecht; bevoegdheden kroon in beginsel privaatrechtelijk gefundeerd (eigendom) Geen scheiding burgerlijk en handelsrecht Beperkte rol van grote categorieën en abstracte begrippen (uitz. contract) Basis van privaatrecht is liberty (life, body, family, fame, property, …) Torts n n Torts, niet tort Wel grote expansie van tort of negligence, bij schending duties of care (bijzondere duties, geen algemene zorgvuldigheidsplicht) Breach of statutory duty, libel, enz…. In beginsel geen vergoeding voor pure economic loss

Engeland - (priv)recht 2 Contract n Ontstaan uit writ of assumpsit n Ontwikkeling tot klassiek contractenrecht 18 e/19 e eeuw n Law of contract, niet contracts n Wel aparte regeling van bailment (detentieverhoudingen) n Afdwingbaarheidsvereiste: consideration (wederkerig) or deed (plechtig) n Contractuele aansprakelijkheid: strict Erfrecht n Geen rechtstreekse overgang op erfgenamen n Geen erfrechtelijke reserve

Engeland - (priv)recht 3 Equity n Equitable remedies: injunctions Order for Specific performance Discovery order Freezing order n Equitable interests wat is een fiduciary duty ? bescherming van de schuldeiser door een equitable interest wordt zakelijk recht: not the thing as thing, but the thing as value n Toepassingen van equitable interests Mortgage - equity of redemption Eigendomsoverdracht onroerend goed in 2 fazen Express trusts; Resulting trusts (bv. uit huwelijk m. b. t. huwelijksgoederenrecht); - constructive trusts uit andere fiduciary duties n Gevolg: « dual ownership » : afzonderlijke activa / (aandeel in het) geheel

Engeland - (priv)recht 4 Zakenrecht - onroerend goed n traditioneel onderscheid real property / personal naargelang remedie n « Estates » in land: estates in possession / future interests n sinds 1925: - Land register; progressieve omvorming naar registered land - enkel nog erkend als « legal » interests: freehold (fee simple); estate for a term of years; verder easements, mortgages e. d. - alle andere gereduceerd tot « equitable » interests in land Zakenrecht - roerend goed n alleen personal interests n onder common law enkel ownership en possession n andere interests zijn equitable (trust e. d. )